‘Op een warme dinsdagmiddag ben ik uitgenodigd door Joris om een Alpaca te gaan maken.

Bij binnenkomst spat het enthousiasme er vanaf. Joris zoekt een formaat doek uit en vertelt me dat de achtergrond rood mag worden. 

Speciaal voor deze dag heeft Joris zijn Alpaca kleding aan, Hij is dol op Alpaca’s en hij wil er dus ook graag een maken.

Joris kan zelf geen kwast meer vasthouden, ik mag vandaag zijn handen zijn. Hij weet goed wat hij wil en houdt de vorderingen in de gaten. Het is gezellig, er is echt contact. 

Omdat ook praten niet goed meer gaat communiceert Joris met zijn ogen. Door te kijken naar de kleur, stof of mijn handen die staan voor een keuze, maakt hij zijn keuzes en vertelt hij wat ik moet doen. Ik voer uit wat hij graag wil. Zo is het mogelijk om een echt eigen kunstwerk te maken, ik ben alleen maar de uitvoerder van zijn gedachten.  

Na een uur gewerkt te hebben is Joris moe en spreken we af dat we de week erna verder zullen werken aan het kunstwerk.

Helaas is dit niet meer mogelijk. De ouders van Joris vertellen dat Joris het werken aan het kunstwerk heel leuk vond en dat het kunstwerk staat te pronken in zijn kamer. Ze laten de prachtige Alpaca graag zoals die is.’   

 

Angelique Goos